Het Wilhelmus is sinds 1932 officieel het Nederlandse volkslied.

De tekst is omstreeks 1570 aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog geschreven op een bestaande melodie.
De huidige variant van die melodie dateert uit het begin van de 17e eeuw. Het Wilhelmus wordt beschouwd als een van de oudste volksliederen ter wereld, al is de tekst van het Japanse volkslied ouder. 
De tekst van het lied is in de mond gelegd van Willem van Oranje, alsof hij die zelf uitgesproken heeft. De tekst weerspiegelt Willem van Oranjes tweestrijd inzake de opstand in de Nederlanden: enerzijds probeert hij als vertegenwoordiger van het staatsgezag trouw te zijn aan de Spaanse koning, anderzijds volgt hij zijn geweten dat hem voorschrijft in de eerste plaats God en het Nederlandse volk te dienen.
Het lied was populair als militaire mars en betekende een ondersteuning in de strijd van de Nederlanden tegen de Spaanse overheerser.
Gedurende de gehele Tachtigjarige Oorlog is het lied populair gebleven, maar het raakte daarna in vergetelheid tot het in de 19e eeuw opnieuw werd ontdekt. Het was aanvankelijk vooral populair in oranjegezinde en confessionele kringen, maar werd tijdens de Tweede Wereldoorlog een min of meer onomstreden nationaal symbool.
Van het Wilhelmus wordt meestal het eerste couplet gezongen, soms gevolgd door het zesde.