Bevelhebber keizerlijke leger in
de Nederlanden
Het wapen van Willem van Oranje

De ster van de jonge Willem rees
gestaag. Hij werd een van de belangrijkste edelen aan het hof. Na het
overlijden in juni 1555 van de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem
werd Willem van Oranje door Maria van Hongarije gevraagd om diens
functie als stadhouder van Luxemburg over te nemen. Hij sloeg het aanbod
af om reden dat hij te jong en te onervaren zou zijn. Willem van Oranje
volgde op 22 juli 1555 Van Rossem wel op als bevelhebber van het
keizerlijk leger in de Nederlanden, in de functie van kapitein-generaal.
Toen Karel V op 25 oktober 1555 terugtrad als
heer der Nederlanden leunde hij bij deze plechtigheid in Brussel op de
schouder van de 22 jaar jonge prins. Tegen zijn zoon Filips II zei Karel
V: "Houd deze jongeman in ere, hij kan je waardevolste raadgever en
steun zijn". Toen op 5 februari 1556 te Vaucelles voor vijf jaar een
wapenstilstand met Frankrijk werd gesloten betekende dat het einde van
Willems bevelhebberschap. Op 7 september dat jaar deed Karel V ook
afstand van het keizerschap. Willem van Oranje bracht de oorkonde en
Karels regalia over naar Karels broer, de rooms-koning Ferdinand.
|