Netcongestie
Het kabinet gaat stevig regie voeren op
netcongestieproblemen en het toekomstbestendig maken van het
elektriciteitsnet. Het kabinet zet daartoe het Landelijk Actieprogramma
Netcongestie (LAN) door. Hierbij is een belangrijke focus in de komende
periode om geïdentificeerde maatregelen tegen
congestie - zoals die bijvoorbeeld in het landsdeel
Flevoland-Gelderland-Utrecht al worden uitgevoerd, waaronder extra
tijdelijke elektriciteitsproductie, slimmer gebruik van laadpalen en
stimulering van flexibiliteit bij bedrijven - waar relevant en mogelijk
breder toe te passen in alle regio’s met netcongestie.
Energie-infrastructuurprojecten van nationaal
belang worden zorgvuldig ruimtelijk ingepast onder verantwoordelijkheid
van het Rijk, via de projectprocedure onder de Omgevingswet.
Daarbij kijken we ook hoe we de uitvoering en
realisatie kunnen versnellen. Met het Meerjarenprogramma Infrastructuur
Energie en Klimaat (MIEK) versnellen we de besluitvorming over de aanleg
van de benodigde energie-infrastructuurprojecten, geven we bepaalde
projecten meer prioriteit in de investeringsplannen van de netbeheerders
en proberen we knelpunten bij
de realisatie van projecten weg te nemen.
Omdat de ruimte schaars is en er vele ruimtelijke opgaven zijn, moeten
er keuzes gemaakt worden. De Minister van Volkshuisvesting en
Ruimtelijke Ordening heeft daarin een coördinerende rol. Daarnaast
versterkt het kabinet de coördinatie van besluitvorming en werkt het aan
vereenvoudigen en versnellen van vergunningverlening. Waar nodig en
mogelijk worden wet- en regelgeving hierop aangepast, zoals het
doorlopen van een snellere beroepsprocedure voor duurzame
energie-infrastructuurprojecten.
We verkennen daarnaast of een bredere
stikstofaanpak voor energie-infrastructuur juridisch haalbaar is, ook
omdat deze projecten stikstofreductie in de toekomst mogelijk maken.
Om draagvlak voor
energie-infrastructuurprojecten te versterken en regionaal afspraken te
maken over de aanpak van netcongestie, werken we nauw samen met
provincies, gemeenten, waterschappen en Rijkswaterstaat en
netbeheerders. We luisteren naar de behoeftes van de verschillende
regio’s en maatschappelijke functies zoals het spoor.
Nieuwe huizen en woonwijken moeten op het net
kunnen worden aangesloten zonder grote vertraging. Bij het tegengaan van
netcongestie kan ook gedacht worden aan het stimuleren van huishoudens
door positieve prijsprikkels bij het gebruik van elektriciteit in dal
momenten of wanneer de zon schijnt. Omdat er veel ontwikkelingen en
projecten tegelijkertijd plaatsvinden, hanteren we hierbij zoveel
mogelijk een integrale, gebiedsgerichte aanpak en zorgvuldige inpassing
waarbij rekening wordt gehouden met internationale verplichtingen. In
het versnellen en realiseren van energie-infrastructuur op regionaal
niveau ondersteunen we de provincies in de regionale prioritering via
het provinciale MIEK. We luisteren naar omwonenden en nemen zorgen waar mogelijk weg. We verkennen of we,
mogelijk via regionale gebiedsinvesteringen, de leefkwaliteit kunnen
verbeteren in regio’s waar veel energieinfrastructuurprojecten
samenkomen.
Om de al beschikbare capaciteit beter te
benutten worden decentrale oplossingen bevorderd, zoals de ontwikkeling
van zogeheten energyhubs.
We plannen de realisatie van een hernieuwbaar
energiesysteem efficiënt door. Zo stimuleren we energieopslag en flexibele vraag –
bijvoorbeeld in de vorm van batterijen, waterstof, of het gebruik van
diepe ondergrond. Slimmer gebruik vraagt om meer digitale toepassingen,
hierbij hebben we oog voor cybersecurity. Ook zorgen wij voor inpassing
in het systeem die bijdraagt aan de vermindering van netcongestie door
vraag en aanbod dichter bij elkaar te realiseren. Inzet op
energiebesparing blijft belangrijk, want energie die we niet gebruiken
hoeven we niet te transporteren. Waar nodig wordt
bestaand of nieuw regelbaar vermogen ingezet, bijvoorbeeld gasgestookte
opwek, om op piekmomenten tijdelijk bij te kunnen springen totdat het
elektrisch net uitgebreid is. Bedrijven, maatschappelijke instellingen
en medeoverheden die op korte termijn aanlopen tegen
netcongestieproblemen worden geholpen bij het vinden en toepassen van
oplossingen, onder andere via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De verduurzaming van de gebouwde
omgeving vraagt met het oog op beschikbare netcapaciteit een
gebalanceerde aanpak.
Het aanpakken van netcongestie vormt ook
breder binnen de EU een uitdaging. Wij kijken daarom naar mogelijkheden
voor Europese samenwerking.
Door verdere integratie van het Europees
energienetwerk en verbeterde interconnectie worden vraag en aanbod op
elkaar afgestemd.