Verduurzaming industrie

Om groene groei in Nederland te realiseren, moet het aantrekkelijk blijven voor zowel bestaande
als nieuwe bedrijven om in ons land te investeren in verduurzaming. Het kabinet zet het Nationaal
Programma Verduurzaming Industrie (NPVI) door.
Met de maatwerkaanpak kan onze basisindustrie in Nederland verduurzamen. De maatwerkaanpak richt zich op de ombouw van de bestaande industrie naar groene productieprocessen, met als doel het faciliteren van de verduurzaming, extra CO2-reductie en een gezondere leefomgeving. Daarvoor is commitment van zowel de overheid als de bedrijven cruciaal.
Voor bedrijven buiten de top-30 wordt het Actieplan cluster 6 voortgezet en versterkt. Ook blijft het kabinet inzetten op de verduurzaming van het mkb. We hebben hierbij ook oog voor het perspectief van ondernemers, de grote diversiteit binnen deze groep en de rol van intermediairs, zoals installateurs. Het kabinet onderzoekt een regionale clusteraanpak voor bedrijfsoverstijgende uitdagingen (voor bijvoorbeeld de Botlek of Chemelot) en beziet een uitbreiding naar nieuwe bedrijven, waarbij aansluiting bij groeimarkten en nieuwe technologieën een belangrijke leidraad zal zijn. Voor de verduurzaming van de industrie zoekt het kabinet zoveel mogelijk aansluiting op het uitroltempo en beschikbaarheid van hernieuwbare energie, zoals windenergie op zee. De Clean Industrial Deal die de Europese Commissie heeft aangekondigd zal de concurrentiekracht en weerbaarheid van de Europese industrie versterken.

We investeren in een tijdige uitrol van cruciale infrastructuur voor de verdere verduurzaming, zoals de waterstofbackbone, Delta Rhine Corridor, importterminals, en verzwaring van elektriciteitsnetten.
Voor het reduceren van CO2-uitstoot richting 2030 en daarna is Carbon Capture and Storage (CCS) essentieel.
De tijdige realisatie van (hoofd)infrastructuur is noodzakelijk voor efficiënte toepassing van CCS.
Een belangrijke stap hierin is het Aramis-initiatief, waarmee in de eerste fase een transport- en opslagcapaciteit van 7,5 Megaton per jaar wordt gerealiseerd. Ook zal waterstof de komende jaren in toenemende mate op een duurzame manier worden geproduceerd, ofwel groene waterstof.
Blauwe waterstof, geproduceerd met fossiele energie in combinatie met CO2-opvang en -opslag, is een tussenstap.

Het kabinet wil energiekosten niet significant uit de pas laten lopen met buurlanden, zodat Nederlandse bedrijven kunnen concurreren met het buitenland.
We volgen de ontwikkeling van de energierekening en netwerktarieven voor bedrijven doorlopend.
Het kabinet reageert spoedig na publicatie op de beleidsaanbevelingen uit het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Bekostiging Elektriciteitsinfrastructuur (voorzien bij VJN25). In de kabinetsreactie zal ook de optie voor eventuele verlenging van de indirecte kostencompensatie (IKC) worden bezien.

De verhoging van het tarief van de CO2-heffing industrie wordt teruggedraaid om een gelijker speelveld te creëren. Er worden geen nieuwe nationale koppen op Europees beleid ingevoerd.
Bestaande nationale koppen kunnen eventueel worden heroverwogen wanneer er geen negatief effect op het behalen van de klimaat- en energiedoelen optreedt of er betere alternatieven zijn. Ook wordt ingezet op het in Europees verband afbouwen van de fossiele subsidies gericht op de energievoorziening, zodat klimaateffecten die gepaard gaan met hetgebruik van fossiele brandstoffen Europees beprijsd worden. Het kabinet hecht aan duidelijke en stabiele marktprikkels die bedrijven stimuleren om duurzame energieoplossingen te ontwikkelen en toe te passen, en zo onafhankelijker te worden van het importeren van fossiele energie. Het kabinet zal het jaarlijks overzicht van de omvang van fossiele subsidies voortzetten.